Kamp Prins Bernhard

Het krijgsgevangenenkamp, een gehuurde boerderij in het dorp Heeten, onder de rook van Raalte werd op 22 september 1944 in de ochtend officieel geopend en was opgericht door een Sallandse verzetsgroep. De boerderij lag verscholen tussen dennenbomen met een slingerend landpad als enige toegangsweg. Onder de neus van de bezetters werden op de boerderij Duitsers, Oostenrijkers en Italianen van de weg geplukt en ingerekend. Het regime in het kamp was streng en eenvoudig, maar geheel volgens het Verdrag van Geneve. Er is weinig documentatie over dit kamp en de enige krant die ooit iets over het kamp heeft geschreven is het Dagblad de Gelderlander. De toenmalige hoofdredacteur woonde in dezelfde straat als de kampcommandant en heeft in 1946 de feiten uit diens mond opgetekend. Na een geslaagde overval op het gemeentehuis in Raalte door de Sallandse verzetsgroep, bestaande uit Jan Weenink, Jef van Rheden, Ben Strik en Joop Traag, waren er genoeg middelen om het kamp op te zetten. De gevangenen in het kamp waren een aantal gedeserteerde militairen, die wisten dat ze zouden worden doodgeschoten als ze gepakt zouden worden, een aantal Duitsers die door het verzet van de weg af werden geplukt, een aantal Oostenrijkers en een zestal Italianen. Over het precieze aantal krijgsgevangenen lopen de meningen uiteen, maar dat zal ergens tussen de 16-30 liggen. Het bewakingspersoneel, ongeveer 30 man, bestond voornamelijk uit onderduikers van de grote boerderijen die rondom het kamp lagen. De gevangenen hadden op verschillende momenten van de dag appel en moesten meewerken op de boerderij zoals het verzorgen van het vee en het bewerken van de akkers. Een grote zorg was de mogelijkheid dat de Gestapo of andere vorm van bezetter een onverwachte controle zou uitvoeren op onderduikers. Men had hier veel op geoefend en iedereen wist precies wat hij moest doen in zo'n geval. In december 1944 was het dan zover, de Gestapo was op zoek naar onderduikers en waren in de buurt. Alle gevangenen stonden in enkele minuten aangetreden op de binnenplaats en de boerderij was in twee minuten weer een gewone boerderij. De bewakers waren allen aanwezig en volledig bewapend. Niemand werd gevonden of verraden, maar na de inval van de Gestapo werd het kamp ontmanteld en de deserteurs werden ondergebracht bij boeren in de omgeving. De rest, een groepje van zes, zeven man werd door tussenkomst van de plaatselijke KP commandant naar het dorp De Luttenberg gebracht, waar het verzet een plaats had waar zij konden worden ondergebracht. In de drie maanden dat het kamp heeft bestaan was er geen enkele ontsnappingspoging, waarop de doodstraf stond. Tijdens het bestaan van het kamp is er geen enkele straf uitgedeeld, behalve het verplicht luisteren naar Radio Oranje. Het was nooit nodig om een klap uit te delen en het kamp kan wel het vreedzaamste krijgsgevangenenkamp ter wereld genoemd worden.

Titel: De ongelooflijke geschiedenis van het krijgsgevangenenkamp 'Prins Bernhard'

Auteur: M. van Amerongen

Aantal pagina's: 70

ISBN: 90 218 2492 2

Druk: 1979

Uitgever: A.W. Sijthoff

 

Dit boek bevat de tot dusverre geheel onbekende geschiedenis van het krijgsgevangenenkamp 'Prins Bernhard'. Het beschrijft een plattelandsguerrilla in het oorlogsjaar 1944, een stoutmoedige daad van verzet, uitgevoerd met de bravoure van een jongensboek. In door de Duitsers bezet gebied richt een Sallandse verzetsgroep een krijgsgevangenenkamp in. Een krijgsgevangenenkamp? Onder de neus van de bezetters? Een kamp waarin Nederlanders de rol van bewakers en Duitsers de rol van gevangenen spelen? Het klinkt ongelooflijk, maar het is waar. In het vertimmerde kippenhok van een afgelegen boerderij worden Duitsers, Oostenrijkers en Italianen gevangen gehouden...