Concentratiekamp Warschau
Het concentratiekamp Warschau (KL Warschau), opgericht in juli 1943, was een relatief onbekend maar grimmig onderdeel van het nazistische kampensysteem in bezet Polen. Gelegen in de ruïnes van het voormalige getto van Warschau, werd het kamp gebouwd op bevel van Heinrich Himmler, met als doel het opruimen van het verwoeste gettoterrein en het hergebruik van bouwmaterialen. Het kamp bevond zich aan de Gęsiówka-straat in de wijk Muranów, op de plek van een voormalige Poolse gevangenis.
Na de opstand in het getto van Warschau in april 1943, waarbij duizenden Joden zich verzetten tegen deportatie, werd het getto met de grond gelijk gemaakt. De nazi’s wilden alle sporen van Joods leven uitwissen en besloten het terrein te veranderen in een volkspark. Om dit te realiseren, richtten ze een concentratiekamp op waarin Joodse dwangarbeiders onder erbarmelijke omstandigheden puin moesten ruimen. Ze haalden bakstenen, metaal, porselein en andere bruikbare materialen uit de ruïnes, die vervolgens werden verkocht aan Poolse aannemers.
De eerste gevangenen kwamen uit Auschwitz: vijf transporten met Joodse dwangarbeiders arriveerden vanaf eind augustus 1943. In het voorjaar van 1944 volgden nog minstens 2.000 Joden uit Hongarije. Voordat zij arriveerden, waren er al 300 gevangenen uit Buchenwald gestuurd om het kamp op te bouwen, onder wie vijftien Nederlanders. De omstandigheden waren extreem zwaar: nauwelijks voedsel, onvoldoende kleding, kou, ziekte en mishandeling. Tyfus was wijdverspreid, en dagelijks werden doden uit de barakken gehaald en verbrand.
Het kamp telde naar schatting tussen de 6.500 en 9.000 gevangenen. Ongeveer 4.000 tot 5.000 van hen kwamen om het leven door uitputting, ziekte, executie of tijdens de gevechten bij de Opstand van Warschau in augustus 1944. Tijdens die opstand werd het kamp bevrijd door Poolse verzetsstrijders, die onder andere 348 Joodse gevangenen uit het kamp wisten te bevrijden.
Hoewel het kamp geen gaskamers had zoals Auschwitz of Treblinka, fungeerde het crematorium als vernietigingsplaats voor zowel doden uit het getto als gevangenen die stierven in het kamp. In het puin werden regelmatig kostbaarheden gevonden, geld, sieraden, diamanten, die door gettobewoners waren verborgen. Gevangenen die deze probeerden te verbergen of te houden, riskeerden hun leven.
Titel: In het puin van het getto - Het concentratiekamp Warschau
Auteur: Pauline Broekema & Helma Coolman
Aantal pagina's: 254
ISBN: 978 90 895 3136 0
Druk: 2013
Uitgever: Boom
Het getto van Warschau, waar tijdens de Tweede Wereldoorlog meer dan 400.000 joden bijeengedreven waren, is een symbool van de Holocaust geworden. Nauwelijks bekend is het concentratiekamp Warschau, dat na de vernietiging van het getto werd gebouwd. Duizenden joodse dwangarbeiders, onder wie veel Nederlanders, werden gedwongen de resten van het getto te ruimen en de doden te verbranden. Aan de hand van hun ooggetuigenverslagen, interviews met oud gevangenen en onbekende documenten beschrijft dit boek het leven in het vergeten kamp.
Heeft u vragen of opmerkingen of juist boeken of andere documentatie over concentratiekampen of andere kampen tijdens de Tweede Wereldoorlog waar u geen raad mee weet of wil verkopen dan hoor ik graag van u. Ik zorg dat ze bewaard blijven. U kunt mij bereiken via onderstaande contact knop.